De hele middag zit ik al naar de muur te staren. Niet uit verveling, ik heb eigenlijk wel betere dingen te doen dan naar een blanco stuk muur te kijken. Maar af en toe doemt de vraag weer op en dwingt daarmee mijn ogen weer naar dat onbesmette onbezoedelde stuk maagdelijk witte muur.
In een vlaag van helderziendheid lieten we, jaren geleden toen de huisschilder voor het laatst langs is geweest, de muren voorzien van een laag afwasbare verf. Een lekker fris en licht kleurtje waardoor ons huis wat ruimer lijkt doordat het invallend licht teruggekaatst wordt door de witte vlakken. Voor de kleurkenners onder ons, RAL 9010 oftewel, zuiver wit. Afwasbaar want we hadden een hond en wilden een gezinnetje stichten.
Maar, en deze vraag beheerst mijn gedachten nu, hoe afwasbaar is die verf eigenlijk?
We hebben nog steeds die hond, het beestje is al 12. En het gezinnetje is er ook gekomen. Bij de eerste uitbreiding van ons gezin dacht ik, dat afwasbare van de verf op de muur was wat overdreven in ons geval. Pas nu gaat hij wat tekenen en kleuren en hij weet dat prima binnen het door ons gestelde kader, het vel papier voor zijn neus, te houden. Maar na de tweede ben ik mijn mening gaan bijstellen.
We hebben namelijk een artistiek talentje binnen ons gezin. Althans, zo noemen we haar straks gekscherend, als we half lachend en achter onze oren krabbend naar het kunstwerk op de muur staan te koekeloeren dat op heuphoogte is aangebracht. Een kunstwerk zonder lijst en wat geen haakje in de muur behoeft. Een kunstwerk bestaande uit verwoede krassen stift in de vrolijke kleuren zwart en bruin. Een absolute tegenhanger van ons kraakheldere kleurtje op de muur. We zullen er ook vast een uitgebreide analyse op loslaten over de gevoelens die de kunstenaar probeerde over te brengen via dit medium. Wat de gedachten waren van de uitvoerende toen deze expressie in louter zwart had plaats gevonden. Deze cobraïstische tekening op de muur die geen kleur bekent. Deze verhandeling van het abstract expressionisme. Laatst vertelde iemand me dat je zoveel kan aflezen uit hoe een kind tekent, al zijn het maar krassen. Ik ging er maar niet op in want als ik hieruit een weergave van haar ziel moet lezen dan moet ze haast een doomdenker zijn die alleen maar zwarte agressie ziet en niet het vrolijke meisje dat lief lachend met een zacht roze konijn door de wereld huppelt. Ik houd het maar op motorische gebrekkigheid en een knullige kleurkeuze.
Maar gelukkig is het nog niet zo ver hoor. We zijn nog geen eigenaar van een carrière makend stuk kunst op de muur. Maar zelfs ik kan in mijn glazen bol wel zien dat we dat ooit wel zullen krijgen.
Zodra ze stiften in haar handen heeft gehad, verraden de vlekken op haar kleding al dat de focus volledig in haar werk is gaan zitten. Vol overgave kleurt ze het bewaarblik van haar tekenmateriaal alsof dat haar canvas is. Het vel papier voor haar neus blijft leeg. Ik kan zien dat ze met paars en groen bezig is geweest aan de sporen die zijn achtergebleven op haar wangen. En ik vertel haar nog maar eens dat de rode stift echt géén lippenstift is. Ik zie haar kort daarna alweer achteloos de stift naar haar mondhoek brengen terwijl ze diep in gedachte is over waar de volgende stiftenstreep op haar doek moet komen. Dat doek is dan haar t-shirt. Of het televisiekastje, kwam ik laatst terloops achter toen ik het idee op mijn heupen kreeg om eens een stofdoek over meubilair heen te halen. Na alle schoonmaakmiddelen die onze kast rijk is erop te hebben los gelaten lukte het me om de ogenschijnlijke doelloze strepen er weer af te krijgen, samen met de beits die het hout ooit bevatte toen het de fabriek verliet. Sta ik straks ook de witte verf van de muur af te boenen in een poging de willekeurige zwarte en bruine strepen stift weg te toveren. Dat het water wel wit kleurt bij het uitwringen van het doekje maar niet zwart. En blijven die strepen dan hardnekkig staan terwijl de verf er al lang afgewassen is? Heet het daarom afwasbare verf, omdat hij zo makkelijk van de muur te wassen is?
Wit dekt ook nooit de zwarte strepen af als we besluiten om de muren dan maar weer opnieuw te sausen. Zitten we straks aan zwarte muren vast! Of diepdonker bruin.
Het weerhoudt haar er in elk geval niet van om op de muren verder te gaan als het papier, het bewaarblik of ons meubilair niet meer volstaan als haar canvas.
Ik moet bekennen dat ze dat artistieke niet van een vreemde heeft, al hoor ik mijn moeder nooit over de keren dat ik de muur vol had gekalkt met mijn artistieke uitingen. Ik geloof dat die er niet waren. Wel vierde ik mijn creatieve talenten bot op mijn kamerdeur toen ik een jaar of 15 was. Ik was en ben nog steeds een laatbloeier.
Eigenlijk wilde ik haar verassen met een nieuwe kamer binnenkort en daar mijn artistieke talent op loslaten met een muurschildering. Maar nu begin ik bang te worden dat ik haar het verkeerde voorbeeld geef. Ga maar lekker op de muur kleuren schat, mama doet dat ook! Misschien moet ik haar muren behangen met kleurplaten, want ik geloof niet in dingen die ik wel mag en zij niet, tenzij het gevaarlijk is natuurlijk. Hoe ga ik haar uitleggen dat haar ‘kunst’ niet mag maar de mijne wel? Het klinkt mij te oneerlijk in de oren. Net als het kader, wanneer het kleurplaten-behang eenmaal hangt: op jouw kamer mag het wel maar in mijn huiskamer niet. Wie ben jij om op mijn muren te kliederen, hoor ik haar denken bij het zien van mijn kunstwerk. Of ontketen ik daarmee het idee bij haar dat als ik op haar muren mag kleuren, dat zij dat dan ook op mijn muren mag. Misschien vindt ze wat ik maak, ook helemaal niet zo mooi, maar zegt ze straks een beetje quasi:” Wauw, mooi hoor!”
Kunst is altijd in the eye of the beholder.
Misschien kan ik de muur voorzien van een plastic-coating. Waarvan ik zeker weet dat een doekje met warm water en wat schoonmaakmiddel volstaat. Althans, de strepen van sommige stiften staan nog steeds op het plastic dat het tafelblad moet beschermen, dus die zekerheid heb ik ook niet als ik de muur laat coaten. Sommige afwasbare stiften blijken toch best hardnekkig te zijn, helemaal als ze geconfronteerd worden met een poging tot uitwissen. Ik heb die, niet zo, afwasbare stiften en potloden voor de zekerheid maar achter slot en grendel zitten.
“Ikke kleuren?” hoor ik achter me en mijn blik dwaalt even af voordat ik in actie kom om haar haar tekenmateriaal te geven waar het kunstzinnige deel van haar brein zo naar snakt. Kijkend naar mijn vooralsnog bijna witte muren denk ik: ”Is zwart al een beetje een trend aan het worden om op de muren van je huiskamer te smeren?”
You must be logged in to post a comment.