Wat een foto! Het is zwerfafval. En op de dop staat de universele afbeelding die staat voor het opruimen van zwerfafval. Hoe dubbel is dat?
Even een keer een ander soort blog! Want ik wil zwerfafval een hart onder de riem steken. Een lans breken voor zwerfafval. Ik heb ermee te doen. Het wordt altijd zo slecht in het nieuws gebracht en dat vind ik sneu. Dat afval kan er toch ook niets aan doen?
Het wordt afgezet als massamoordenaar terwijl het zich eigenlijk alleen maar dienstbaar opstelt. Dienstbaar aan ons.
Egeltjes die verdrinken omdat ze een lege rijstwafelzak aanzien voor een restaurant en koeien die s’winters in de stal fijngemalen ijzer staan te herkauwen alsof ze op een ijzerrijk dieet staan om zo onze melk weer te verrijken. Of schildpadden die op indrukwekkende wijze om plastic ringen zijn gegroeid.
Eigenlijk zijn wij de moordenaars en is afval ons moordwapen.
Het woord zelf zegt het al: zwerfafval.
Voor mensen die op straat zwerven hebben we allerlei initiatieven. Slaaphuizen, gaarkeukens en zelfs een berichtendienst die street messenger heet. Gek genoeg hebben we ook zulke initiatieven voor afval. Dan heet het een prullenbak. En het bestaat al heel lang. Het werd in de 1884 door de Franse jurist Eugène Poubelle uitgedacht.
Het is een soort tijdelijk verblijf voor het afval waar jij geen plek of functie meer voor hebt. Ze staan overal her en der opgesteld en zijn bedoeld om er je afgedankte afval in te verzamelen. Daar is het afval samen met al het andere afval van andere mensen. Uitermate gezellig voor al dat afgedankte afval. Daar kunnen ze met elkaar praten over hoe het voelt om afgeschreven te worden. En uiteindelijk gaan ze dan een soort re-integratie traject in. Ze worden gerecycled en krijgen een nieuw doel in hun leven. Hoe zinvol is dat! Ik word haast jaloers.
Mocht je nu even ergens zijn waar niet zo’n prullenbak staat, dan heeft bijna iedere broek of jas tegenwoordig wel zakken. Ook daarin kan het afval even verblijven tot je het thuis in je eigen exemplaar van de openbare prullenbak kan gooien. Simpeler kan haast niet.
En als je heel idealistisch bent ingesteld dan heb ik een mooi voorbeeld voor je. In Culemborg fietst een jonge knul rond. Hij heeft een fiets met fietstassen en een rek voor zijn stuur met daarop een bak. Regelmatig zie ik hem rondfietsen als ik uit het raam kijk bij mijn werkplek. Hij fietst rond en raapt al het zwerfafval in en rond zijn woonplaats op. Alhoewel het een nobele bezigheid is waarvan ik vind dat het een lintje verdient, vind ik ook dat het niet hoeft. Hij hoeft niet de rotzooi van een ander op te ruimen. Zijn aanblik vind ik mooi en triest tegelijk.
Ik moest het even kwijt en de volgende keer krijg je gewoon weer een vrolijke blog over de taferelen die zich hier thuis afspelen. Het enige dat ik wil zeggen is: ruim je zooi op. Rotzooi maak je thuis maar.
[spotifyplaybutton play=”https://open.spotify.com/track/2H5nsVLjDwWsxfyajm0lVS?si=5GQRAG_LRa6eu1s-yA_Rvw”/]