Lieve juf, wilt u nooit meer tegen een kleine kleuter zeggen dat lezen nog te moeilijk is. Vooral niet omdat ze dan al met letters bezig zijn. Zeg dan maar lachend dat ze allang met lezen bezig zijn, dat letters het begin is van lezen en dat ze veel moeten oefenen om het te perfectioneren.
Vraag of ze een boek van thuis mee willen nemen wat ze graag zelf zouden willen lezen en ook al is dat de encyclopedie, vraag dan wat ze al aan letters herkennen. Maar belangrijker nog, vraag waarom ze dat willen lezen.
We proberen nu al een tijdje onze zoon uit te leggen dat hij al kan lezen maar ergens in zijn brein hebben Uw woorden hun weerhaken uitgeklapt en het idee dat lezen veel te moeilijk is voor hem om ooit te kunnen, zit diep in een of andere kronkel vastgehaakt.
Zijn brein kent ontelbare kronkels, heb ik gemerkt. Ik zoek al een tijdje naar dat idee met als doel het chirurgisch te verwijderen. Om voor eens en altijd met het idee af te rekenen dat hij niet kan lezen. Ik wil een analfectomie uitvoeren.
Net als een chirurg zie ik namelijk dat deze indringer zijn gezondheid in de weg staat. Dat als deze indringer te lang blijft, mijn zoon geveld gaat worden door saaiheid.
En dus is er nu een enge maar vooral omvangrijke analfectomie nodig om weer te kunnen groeien.
Maar misschien is deze ingreep te complex voor mij als beginnend chirurg en moet ik hulp inschakelen. Misschien moet ik een mentor zoeken die me de procedure uitlegt, mij helpt met zoeken.
Misschien is het sowieso beter om de analfectomie door een ander te laten uitvoeren. Artsen mogen nooit hun eigen familieleden behandelen, of het wordt op zijn minst sterk afgeraden. En die regel snap ik nu ook.
Want de woorden van een vreemde wegen zwaarder dan mijn woorden. Terwijl wij bij de eerste letterherkenning op 2-jarige leeftijd al zeiden dat hij was begonnen met lezen, heeft het idee wat de juf op 4-jarige leeftijd opperde een veel grotere impact gehad. Dat blijkt nu wel.
Lieve juf, weet u wel hoe groot Uw invloed is?
Ik weet wel dat u het niet zo bedoelde, woorden zijn zo gezegd en kunnen nooit meer teruggenomen worden. Er wordt geen bonnetje uitgedraaid wat als garantiebewijs kan dienen. Vandaar dat ik nu pas, een half jaar na het desastreuze gesprek, deze woorden kan tikken. Omdat ik weet dat in de hitte van de strijd, vermengd met alle emoties die een mens rijk is, woorden dodelijk kunnen zijn.
Maar goed, de diagnose is gesteld, nu de behandeling nog.
Haast is nu geboden omdat mijn kleine boekenwurm zijn boeken mist. Hij mist de verhalen en de onmetelijke informatie die erin vermeld staat.
Waar we ooit de boeken van de bieb niet aangesleept kregen, raakt hij nu haast geen boek meer aan. Hij blijft angstvallig uit de buurt van de monsters met hun moeilijke materie. Het moet nu, de analfectomie, omdat de letters als etter of pus toch proberen te ontsnappen uit hem. s’Avonds , als hij zich ongezien waant, komen ze tevoorschijn. Ze sluipen het schijnsel van zijn nachtlichtje in als ware ze inbrekers.
“In draak zit de r, maar niet op het begin, als tweede. Er zit 3x een r in tyrannosaurus rex. P-A-P-A. Roeiboot begint met de r. In lantaarnpaal zit ook een r”, zingt hij zichzelf in slaap. Het is volgens mij de week van de R. De R van redden. Of van rooien, het rooien van een idee uit kronkels zoals je aardappels rooit uit grond.
[spotifyplaybutton play=”https://open.spotify.com/track/30BsewEJZPxfuLNAlZPFje?si=_QHJCdPRRXq54xK3zQ4glA”/]